Dagboek Kroatië 7

zaterdag 7 september / Dubrovnik

De Kroatische onafhankelijkheidsoorlog is al bijna twee decennia voorbij. Begonnen in 1991, met het uitroepen van de onafhankelijkheid van Slovenië en Kroatië,  formeel beëindigd met het verdrag van Dayton in 1995. De uitbraak van deze oorlog, het begin van het uiteenvallen van het voormalige Joegoslavië,  vormde toch een schok toen: Europa, Joegoslavië, dat was relatief dichtbij… Wanneer ik vertel dat ik naar Kroatië ga, is bij sommigen, zelfs hier, nog steeds de eerste associatie: oorlog. Ik word gewaarschuwd voor het aansnijden van gevoelige gesprekken in cafés, de politie, bestelbusjes waaruit gemaskerde mannen komen.

Als je, zoals ik nu, in Dalmatië rondreist, langs de kust, waar het toerisme, dat natuurlijke instortte tijdens de oorlog, weer is opgebloeid, deels in steden die op de Werelderfgoedlijst van Unesco staan (Trogir, Dubrovnik), dan zie je nauwelijks meer iets van die oorlog. Dubrovnik werd in 1991 door het Joegoslavische leger belegerd en gebombardeerd; het beleg duurde zeven maanden en er werd veel verwoest. Alle Adriatische havens werden bezet door het JNA. In oost-Slavonië werd in dezelfde periode, oktober 1991, Vukovar dag en nacht gebombardeerd totdat er nauwelijks een huis meer overeind stond. Maar Dubrovnik trok internationale aandacht, cynisch genoeg doordat de buitenlandse media vooral aandacht hadden voor de vernietiging van monumentale gebouwen. Na de oorlog werd de schade hersteld, volgens Unesco-richtlijnen, en het meeste is weer als in originele staat. Maar de daken van de herstelde huizen zijn van een lichter rood.

In de haven, waar mijn hotel zich bevindt en waar ik op deze zaterdagochtend ontbijt op het terras van een restaurant aan de Nikola Tesla straat (ook een Kroaat van origine) bevinden zich in het plantsoen aan de havenkant een schip en een pantservoertuig, als oorlogsmonumenten.

K22Een gedenkplaat bij de Vlaho vermeldt:

The first battleship of the Croatian navy-task force of armed ships Dubrovnik, the symbol and pride of resistance against Serbo-Montenegrian aggression on our town. / Croatian navy volunteers.

Het scheepje imponeert niet.

Ik neem ditmaal de bus naar de oude stad. Het klooster blijkt gesloten maar het vermag mij niet te ontstemmen. Ik wandel wat rond, in de stad, in het haventje en besluit een tochtje te maken naar Lokrum, een eilandje op een paar honderd meter afstand van Dubrovnik. Het is een natuurreservaat. Het is er rustig, bos, schaduw, pauwen wandelen vrij rond. Een oud vervallen klooster. Rotskust.

K23’s Avonds eet ik in een restaurant in de haven. Laatste avond in Dubrovnik. Komen we hier ooit nog terug? Misschien is de wereld daarvoor te groot.

K26

Dagboek Kroatië 6

Vrijdag 6 september / Dubrovnik

Vandaag naar het oude centrum van Dubrovnik gewandeld. Ik heb wel buskaartjes, gekocht bij een kiosk, maar het is niet ver: een half uurtje lopen. Op het plein bij de Pilepoort, de hoofdingang van de oude stad, is het druk: toeristen, verkopers van boottochtjes, verkopers van kajaktochtjes en uitdelers van reclamefolders voor restaurants. De voormalige stadsgracht is nu gedempt en er bevinden zich plantsoenen met bloemen en struiken.

In de veertiende eeuw werd Dubrovnik, Italiaanse naam Ragusa, na een periode van Byzantijns en Venetiaans bestuur, een stadsstaat en wedijverde als de republiek Ragusa met Venetië over de heerschappij over de Adriatische zee. In 1667 maakte een aardbeving een eind aan de bloeitijd. De muren stammen uit de tiende eeuw; in de dertiende eeuw werden uitbreidingen gerealiseerd. Ze bieden een prachtig uitzicht over de zee. En daar geniet ik van.K19

Want ik maak een wandeling over de stadsmuren. Mooi uitzicht dat ook de verbeelding prikkelt, maar eigenlijk is het te heet om hier nu te wandelen, hoewel het pas een uur of elf is. Nat van het zweet slepen de toeristen zich, na een behoorlijke toegangsprijs betaald te hebben, langs de bijna twee kilometer lange route – een wandeling net zo ver als van de haven naar dit oude centrum. Eenrichtingsverkeer, want het pad over de muren is smal. Schaduw is nauwelijks te vinden. In de zomer moet dit ondraaglijk zijn.K20

Na nog wat gewandeld te hebben door de oude stad, over de Stradun, de centrale weg van oost naar west, met cafeetjes, winkeltjes en terrassen, besluit ik mijn bezoek aan kloosters en musea uit te stellen en loop terug in de richting van de haven. Rond half drie bevind ik mij weer in het hotel, pauze tot half vijf, wat gelezen en dan weer naar buiten. Ik drink cappuccino op een terras aan de haven, waar ik vanmorgen ook ontbeten heb en begin aan een wandeling in de richting van Babin Kuk, de noordelijke zijde van het schiereiland aan de overzijde van de haven. Een van de obers van het restaurant bij mijn hotel heeft me een Dubrovnik in your pocket gegeven. En Babin Kuk is daarop groen, helemaal groen.

De weg voert langs de haven, een smal paadje langs de rijweg, over een stuk kade waar een aantal Kroaten zit te kaarten op wrakke stoelen, voor een al even wrak huisje, hond, kat en dan langs villa’s, een restaurant, langs een achteraf pad tenslotte, aan het water tot het punt waar de kust afbuigt in oostelijke richting. Een man is bezig met zijn boot, die hij op de wal heeft gesleept. Zijn hond komt me blaffend tegemoet. De man roept iets. Ik kijk uit over het water van de Adriatische zee. De zon gaat al bijna onder, het wordt hier vroeg donker.K21

Geen avondeten, geen honger en geen zin in gedoe. Morgen moet er wel weer kwaliteitsvoer naar binnen. Vandaag alleen die twee sandwiches en twee appels, gekocht op de dagelijkse markt bij de haven en heel veel water en heel veel vruchtensap.

Dagboek Kroatië 5

Donderdag 5 september / Split – Dubrovnik

Vanmorgen vroeg uit Split vertrokken, waarvan ik niet zo veel meer heb gezien dan de haven en de achterbuurt daarachter waar het hotel voor één nacht zich bevond. Gisteren, aan het eind van de middag, kwam ik aan met de veerboot. Na een wandeling de verkeerde kant op, belandde ik in een rommelig parkje aan de andere kant van de haven, met – dat wel – een aardig uitzicht op zee. Een eenzame Kroaat op een bankje die geen woord Engels verstond maakte me duidelijk dat het ‘de andere kant op was’. Mobieltje bracht tenslotte uitkomst. O Google!K13

Het hotel was min of meer een misser,- toch maar beter opletten bij reserveren. Een achterafstraatje, een binnenplaats, een handgeschreven verkreukeld briefje op de deur met, in het Engels, het verzoek vooral niet aan te kloppen, want er zijn geen kamers vrij! Als ik toch maar aanklop, wordt ik vriendelijk binnengehaald door een volslank type dat mij eerst naar een kamertje aan het eind van de gang voert waar zij een telefoon heeft en een laptop op een wrak tafeltje. Er staat ook een televisie en het oogt als haar bedenkelijke huiskamer. Het doet me opeens denken aan X in Londen, East-Dulwich, zesentwintig jaar geleden… Krankzinnige herinnering! De doucheruimte is bereikbaar via een gang en de douche is niet meer dan een handdouche bevestigd aan de wastafel in de w.c., zodat het water gewoon over de w.c.-vloer wegstroomt en je het gevoel hebt dat je een ongewenste overstroming veroorzaakt. Maar uiteindelijk was de locatie goed – althans qua afstand tot haven en busstation – en de kamer was verder ook geen ramp: schoon en met airconditioning.K14

Wanneer ik even later de stad in wandel, komt er nog een e-mailtje. Van Sandra! Welkom! Met twee plattegrondjes van Split en de bekendste toeristische plekken ingetekend. Ze deed wel haar best. Ik wandel wat langs de havenkant, door de uitgaansstraat Marmontova, naar het Gaje Bulata plein en overweeg naar Marjan te lopen, heuvel en park op de punt van het schiereiland. Ver is het niet, maar ik heb geen zin. Ook het Paleis van Diocletianus laat ik schieten. Selectie is noodzakelijk en onvermijdelijk, bedenk ik, maar het lijkt alles welbeschouwd meer op een dip.

Vanmorgen dus om acht uur vertrokken en brood en mineraalwater gekocht voor tijdens de busreis, die zo’n vier uur zou gaan duren. Dat werden er vijf, maar wel met een stop van een half uur in Neum, niet ver van Dubrovnik. Er bevindt zich een wegrestaurant, waarschijnlijk heeft de busmaatschappij er een deal mee, want deze laatste stop zo kort voor het eindpunt ligt niet direct voor de hand. Neum ligt op het grondgebied van Bosnië-Herzegovina, in een corridor die de regio rond Dubrovnik scheidt van de rest van Kroatië. Paspoortcontrole. In de oorlog, begin jaren negentig, is hier behoorlijk gevochten, maar ik zie er niets van.

De bus had een uitstekende airconditioning en dat was natuurlijk ook wel nodig. Uiteindelijk viel het mee en was de busreis over de Jandranska Magistrala, de kustweg, prima te doen, met mooie uitzichten over de Adriatische zee en dorpjes en steden onderweg.K17

Hotel in Dubrovnik op een goede plek, want vlak bij het busstation en de haven. Aardige kamer boven het bijbehorende restaurant. Ingecheckt en vervolgens een wandelingetje rond de haven gemaakt. Morgen naar de Oude Stad, genieten van het uitzicht vanaf de stadsmuren, Dominicanenklooster bekijken en het maritieme museum, denk ik. ’s Middags het oude stadscentrum zelf en weer eens goed uit eten. Vanavond aan de haven op een terras een stevige sandwich gegeten en een grote salade en pas toen, rond een uur of vijf, mijn eerste koffie van die dag.K18